Zo
wilde ik vanochtend een mandje met brandnetels afknippen en kon ik nergens wat
vinden. Jean-Pierre onze gemeentewerken-man had met zijn snoeimachien alle
bermen van het dorp platgelegd. Het rook nog wel een beetje naar brandnetel,
dus ik was net een half uurtje te laat. Ook rook ik nog de dieseldampen van
zijn witte Citroënnetje C15, maar dat kwam doordat hij bij de kerk met iemand
stond te kletsen en me enthousiast zwaaiend begroette toen ik de heuvel op kwam
lopen met mijn mandje, op zoek naar iets wat er niet meer was. Dus kletsten we
samen wat, klopte ik het stof uit zijn herdershond en schoof ik
gewoontegetrouw nog even de 800-jarige kerk in die, sinds Raymonde de sleuteldraagster
vorig jaar overleden was (en die het halve dorp in bezit bleek te hebben! Nu
hangt er op ieder tweede huis een bordje A Vendre), gewoon open is en
toegankelijk voor iedereen die wat serene stilte zoekt. Ik zing als ik er kom
steeds dezelfde frase, een klein gregoriaans stukje Ave Maris Stella, denk aan
mijn oude vader en loop dan weer de zon in.
Nu op zoek naar mijn door Jean-Pierre afgesnoeide brandnetels.
De enige kans had ik misschien nog in het weiland dat aan de kerk grensde. Dit
weiland ligt net boven het weiland waarin wij onze blokhut gebouwd hebben en is
dus buurland. Ik kom er nooit. Maar het is een avontuurlijk stukje: er lopen
reeën, er tjirpen krekels, er liggen resten van een kasteel dat zoals veel
andere kastelen ten tijde van de Franse Revolutie in de as werd gelegd. Pardon,
niet helemaal: in ons dorp zijn nogal wat eenvoudige huizen met chique
gevelstenen. Men zegt dat die van het kasteel komen.
Goed,
geen brandnetels natuurlijk, die staan niet midden in een weiland. Maar wel
iets anders, namelijk wilde venkel. Tenminste, ik geloof dat het wilde venkel
is. Hoe dan ook, het
blad afgeknipt en in de komkommersalade verwerkt want het smaakt precies naar dille
die een beetje aan de harde kant is. Lekker! Morgenvroeg ga ik weer. Het
weiland is immers ook eigendom van Raymonde, en die is er niet meer om te
controleren wat voor rapalje er allemaal op haar terrein rondbanjert.
Recept
dus voor lekkere frisse salade.
Maak
een vinaigrette van noten- of olijfolie, mosterd, azijn, suiker, eventueel een
snuifje zout. Was en droog biologische bladsla, meng met ringen rode ui en
fijne komkommerschijfjes en hussel de vinaigrette erdoorheen en leg in
een mooie ondiepe schaal. Leg
daar verbrokkelde geitenkaasjes bovenop. Rooster in een pan zonnebloempitten,
kummel en korianderzaadjes, blijf erbij tot ze kleuren en geuren en schep ze
vlak voor het serveren op je salade. Wat dille / venkelgroen / peterselie eroverheen sprenkelen.
Andere recepten: hamburgers in de Dordogne | Wiener Schnitzel | Forel uit St. Cyprien | Gevulde groenten